Ajeto!

4 februari 2017

Onze laatste maand in de Giggling Tree bestond vooral uit renoveren. Er was een korte drukke week rond Kerst waarin de gasten nog centraal stonden, maar daarna was het zo rustig, dat we aan de eerste renovaties begonnen. Sinds begin januari waren we dus aan het klussen met Chinezen.

Karst en Paulien hadden ons al gewaarschuwd dat het bij het klussen met Chinezen oppassen geblazen is. Natuurlijk hadden we door het jaar heen bij de vele bouwplaatsen die China rijk is al gezien hoe Chinezen te werk gaan. We denken dat de gemiddelde Nederlandse Arbo-ambtenaar accuut flauwvalt bij het zien van zoveel veiligheidsovertredingen. Voor lassen heb je geen bril nodig, een bouwhelm gebruik je alleen als je op een motor rijdt en steigerbouwers klauteren zonder zekering als slingerapen tussen de bamboestokken door. Wat we nog niet hadden gezien is hoe Chinezen schilderen. Maar daar kwamen we snel genoeg achter.

Dat begon toen we onze part-time poolboy en part-time lapzwans Liu Xin voor het klussen moesten inwerken. Voor het eerst dit jaar toonde hij zowaar initiatief en begon zelfstandig aan het schilderen van een muur. Karst en Paulien hadden al verteld dat de meeste Chinezen niet kunnen schilderen, maar we begrepen pas echt wat ze bedoelden toen we even later ontdekten dat Liu Xin uit zichzelf al begonnen was met het witten van een muur. Van uitrollen had de beste jongen nog nooit gehoord: hij dompelde de verfroller onder in de grote verfpot en kladderde er vrolijk op los, met als gevolg dat niet alleen de muur, maar ook de halve kamervloer gewit werden. We waren net op tijd om zijn geklieder nog te corrigeren en moesten ons inhouden niet te boos te worden, want we wilden hem ook niet afleren om initiatief te nemen. Gelukkig kreeg hij na enkele dagen met intensieve begeleiding het schilderen onder de knie en werd hij één van onze meest gewaardeerde klussers die we zelfs het lakwerk durfden te laten doen.

Na de sluiting voor gasten op 8 januari werd er door het voltallige personeel dagelijks geklust. Gedurende de dag waren we zelf vrij weinig aan het klussen. We waren vooral bezig met het controleren van het werk dat het personeel aan het doen was. Bijvoorbeeld oppassen dat de juiste kleur op de juiste muur komt, en dat vervolgens nog 3 keer herhalen omdat het alsnog fout dreigt te gaan in al het vervend enthousiasme. En als ze dan eenmaal klaar waren met het verven, liepen wij de muur nog een keer na met een kwast om alle dikke verfdruppels uit te strijken die nog langs de muur naar beneden liepen. Want hoe vaak we het ook herhaalden: goed uitstrijken van de verf kregen we er maar moeilijk in bij sommige personeelsleden.

Daarnaast zijn er ongeschreven regels voor het verven. Chinezen, en dan met name de vrouwen, geloven dat verflucht giftig is. De mondkapjes zijn dan ook niet aan te slepen bij het schilderen. Maar daarnaast weigeren sommige personeelsleden pertinent om te lakken. Die lucht is de oorzaak is van zo ongeveer elke kwaal die je kan bedenken. Schijnt. Toen we de eerste keer aan onze vrouwelijke werknemers vroegen om een stukje hout te lakken in één van de kamers, brak er een kleine volksopstand uit. Ineens leken ze geen Engels meer te kunnen en begonnen ze heftig in het Chinees te discussiëren. Één van de receptionistes wilde gelukkig nog wel vertalen en wat bleek: lakken is een mannenklus. Onze koks worden niet bang van een luchtje en hebben dus alle vloeren en plafonds gelakt. En voor ons werd duidelijk hoe gevoelig sommige klussen liggen bij het personeel.

Daar stond tegenover dat het tempo ontzettend hoog lag. We liepen standaard voor op de planning en moesten in de loop van de dag vaak klusjes ‘verzinnen’ om iedereen bezig te houden. De laatste dag hebben we dan ook weinig meer gedaan en vooral afscheid genomen van het personeel. Ze hadden een fantastische barbecue georganiseerd waar heerlijke stukjes vlees en groenten werden afgewisseld met typisch Chinese gerechten als varkenspenis. Onze gezichten tijdens het proeven van die Chinese lekkernij zullen het personeel nog lang bijblijven.

Na het afscheid van het personeel waren we nog 2 dagen moederziel alleen in de Giggling Tree. Die dagen hadden we hard nodig om onze spullen te pakken en de laatste dingen op te ruimen. Ons allerlaatste klusje voor we met de taxi naar het busstation vertrokken, was het ophangen van nieuwjaarswensen. In China heeft elk huis namelijk rode banners met gelukswensen rond de deuren hangen. Omdat wij als laatste vertrokken voor het Chinees nieuwjaar, hadden wij de twijfelachtige eer deze banners bij de Giggling Tree op te hangen. Gezien onze lengtevoorsprong en ons vermogen om iets recht op te hangen een goede klus voor ons. Gezien ons vermogen om Chinese karakters te lezen een dramatische keuze. We hopen maar dat de gemiddelde Chinees niet in lachen uitbarst als hij of zij voor de poorten van de Giggling Tree staat. Maar op de kop of niet, de banners hangen in ieder geval. Klus geklaard: ajeto!

Foto’s

1 Reactie

  1. Karst & Paulien:
    5 februari 2017
    Hilarisch... en fantastisch geschreven!!
    We gaan met liefde jullie verdere avonturen volgen.

    Zai jian, xxx
    Karst, Paulien, Pelle & Raaf